Wake up call and communication issues

Vanmorgen 8:00 uur stipt ging de telefoon:
“Haaaaaai!! Hallo!! Dit is je Broer!”
“O hoi! Goedemorgen!”
“Lag je nog te slapen? Het is al 8 uur!”

Broer, fan van kwangie.punt.nl van het eerste uur, was juist begonnen het laatste logje te lezen.
“Hebben ze daar ook meloenen?”, vroeg het arme schaap, niet wetende dat Kleine Zusjes groot worden en hun interesses verder gaan dan eten alleen.
“Uh, ja hoor. Watermeloenen, galiameloenen… Maar daar gaat het eigenlijk niet over.
“Hahaha!”
“Waar zit je nu?”
“In Shanghai.”

Na dit zeer diepzinnig telefoongesprek, vertrok ik naar de ontbijtzaal voor een rondje flensjes met honing en röstirondjes. Dit alles wegspoelend met een pot grijze Earl en een goed boek.

En toen, en toen…
Gebeurde er he-le-maal niets meer!
Tja, dat kan gebeuren als je alleen maar eet, slaapt, leest en werkt.
Zodat het hoogtepunt van de dag een poep en een scheet is.
Die ik uiteraard graag met u deel, maar waar u wellicht niet op zit te wachten.
En dus.
Houden we de eer aan onszelf en zal ik het eens hebben over…

… Communicatie.
Want dat is best wel interessant hier.
Communiceren.
Kwangie spreekt *surpise!* geen woord Russisch.
En de Rus die Nederlands spreekt, ben ik nog niet tegengekomen.
Daarom praten we Engels tegen elkaar.
Mijn Russische collega’s en ik.

Eentje verklaarde trots zijn Engels te hebben opgevijzeld door veel afleveringen Sex and the City te kijken. Een andere heeft alle tien seizoenen van Friends uit het hoofd geleerd.
Weer een derde is gek op Mr. Bean.
Zijn Engels is bepaald niet om naar huis te schrijven.
Dat begrijpt u.

And om de boel begrijpelijk te houden, pas je hier en daar de grammatica een beetje aan.
Waardoor je jezelf ineens hoort zeggen: “You say me, please, what you do?” , wrijf je over je buik en roep je “Eat? Eat? Hungry!” als het lunchtijd is en knijp je de bovenbenen flink tegen elkaar onderwijl “I go sssssst!” roepend als je naar de wc moet.
Maar hee, ze snappen tenminste waar het heen moet.

En zo brengen we de dagen met elkaar door.
Met een dozijn gezichtsuitdrukkingen, een boel ‘get the picture’ en steenkolen Engels waar je oren pijn van doen.

Zes jaar Engels.
Ellelange boekenlijsten.
Mondelingen, luistertoetsen.
Nergens voor nodig.
Hier aan de andere kant van de wereld.

Als je Mr. Bean maar na kunt doen.
Dan red je het wel.
Grrrmph!

Hij en ik: melk, gulp en een helpdesk

Ik:       “Zeg eens melk.”
Hij:      “Melluk.”
Ik:       “MELK!”
Hij:      “Melluk.”
Ik:       “Zo zeg je dat toch nooit? Zeg je normaal ook melluk?”
Hij:      “Jawel, melluk.”
Ik:       “En kun je dan ook geen gulp zeggen?”
Hij:      “Gul-lup. Gul-lup.”
Ik:       “Of help?”
Hij:      “Hel-lup. Een hel-lupdesk.”
Ik:       “Nee, echt? Kun je dat écht niet? HELP-desk.”
Hij:      “Hel-lup-desk.”
Ik:       “Hel-lup-pe-desk.”
Hij:      “Niet hel-lup-pe-desk. Hel-lup-desk!”

Ik:       “Nee, hélp-desk.”

Melk, gulp, een Limburger en een helpdesk. Meer heb je niet nodig als je je verveelt in de auto!

Hij en ik: praten niet meer

Ik    :    Hier* staat dat vrouwen per dag twintigduizend woorden zeggen en mannen slechts zevenduizend!
Hij  :    …    Kijkt televisie en staat dus op de offline-mode: oftewel ik-hoor-je-wel-maar-ik-luister-niet-stand
Ik    :    En dan ben jij ook nog eens zo’n uitzonderlijk geval, dat slechts honderd woorden per dag gebruikt.
Hij  :    …
Ik    :    Praten we niet meer?
Hij  :    …
Ik    :    Heb je soms je quotum van honderd woorden al bereikt?
Hij  :    Nee, hoor! Jij bent zo’n uitzonderlijk geval dat honderdduizend woorden per dag gebruikt. Ik kom er gewoon niet tussen!

Ik     :    …   — __ —  …

* Paulien Cornelisse, Taal is zeg maar echt mijn ding, p.162.

Hij en ik: spraakverwarring

Over Petra de Vries die is aangevallen door een drugshandelaar
Hij    : (…)

Ik      : Wie is Petra de Vries?!?

Als je het heel snel, binnensmonds en ook nog eens op zijn Limburgs uitspreekt, dan heb je het ineens niet meer over de bekende misdaadverslaggever!
 
 

 

Over wekkers op internet
Hij    : (…)
Ik     : Waarom moet ik een wekker zetten op internet?

Hij    : BEN. JE. MIJ. WEER. VOOR. GEK. AAN. HET. ZETTEN. OP. HET. INTERNET?

Wijsheid komt met de jaren, evenals West-Indisch doofheid. Dat blijkt!

Hij en ik: over ge, gij, keej

Om een taal te leren, moet je blijven oefenen.

Ik    :    Wat wildege drinken?
Hij  :    Wat wilde gij drinken?
Ik    :    Wat wildegij drinken?
Hij  :    Wat wilde gij drinken?
Ik    :    Wat doe ik anders dan?!
Hij  :    Wat… Wilde… Gij… Drinken?
Ik    :    Zeg je nou gij of ge?
Hij  :    Gij.
Ik    :    Gij.
Hij  :    Niet gij, maar gijijijij
Ik    :    Gijijijijijijijijij.
Hij  :    Wat wilde gij drinken?
Ik    :    Doe maar thee dan!

Het wil niet zo vlotten, dat Limburgs en Kwangie.