Ik : Hier* staat dat vrouwen per dag twintigduizend woorden zeggen en mannen slechts zevenduizend!
Hij : … Kijkt televisie en staat dus op de offline-mode: oftewel ik-hoor-je-wel-maar-ik-luister-niet-stand …
Ik : En dan ben jij ook nog eens zo’n uitzonderlijk geval, dat slechts honderd woorden per dag gebruikt.
Hij : …
Ik : Praten we niet meer?
Hij : …
Ik : Heb je soms je quotum van honderd woorden al bereikt?
Hij : Nee, hoor! Jij bent zo’n uitzonderlijk geval dat honderdduizend woorden per dag gebruikt. Ik kom er gewoon niet tussen!
Ik : … — __ — …
* Paulien Cornelisse, Taal is zeg maar echt mijn ding, p.162.