Geblesseerd!

Het is hier een beetje rustig.
Ik heb mijn pols namelijk overbelast.
Dat is nogal pijnlijk.
En ik kan niet zo goed tegen pijn.
Een beetje zelfkennis siert de mens, niet?

Nu zou ik kunnen schrijven dat ik een tennisarm heb opgelopen.
Dat Lief en ik – zoals u van ons gewend bent – hartstikke sportief een potje tennis hebben gespeeld.
En dat ik Lief alle hoeken van het veld heb laten zien.
Arm ding.
Kansloos tegenover mijn back hand smash.
Hij heeft het in ieder geval geprobeerd!

Ik zou ook kunnen schrijven, dat ik met noeste arbeid één en ander heb overbelast.
Klagen doe ik nu eenmaal niet graag.
En met mijn pijn-hoort-erbij-mentaliteit, ga je nogal eens over je eigen grenzen.
Dan kan het zomaar gebeuren dat je lichaam zegt: “Weet je wat? Bekijk het maar! Ik KAP ermee!”
Ja! Zomaar!
Dat kan.

Maar niets van dit alles heeft bijgedragen aan mijn overbelaste pols.
Het is bepaald niet op z’n Kwangies om te tennissen.
Veel te sportief en zo.
Daar kan ik niet zo goed tegen.
Laat staan hard te werken!
Daar krijg ik écht allergische reacties van.
Je moet wel aan je gezondheid denken. Tsss…

Hoe ik dan aan die pijnlijke pols kom?
Uhm… ik heb erop geslapen…

Stoppen op het hoogste punt

Het was de afgelopen dagen nogal stil hier.
Ik ben van nature namelijk erg lui perfectionistisch aangelegd. Daar horen weer kuren bij, zoals de lat altijd op Olympische hoogtes leggen en falen persoonlijk aantrekken. Na het ontvangen van de Brillante Weblog nominatie was het hek van de dam.

Niet langer waren mijn schrijfsels ‘vermakelijk’ of ‘wel leuk’. Nee, ze zijn bril-jant. Kijk, het is dat anderen dat zeggen, anders zou ik mijzelf hoogstens als kan-er-mee-door bestempelen.
Hoe dan ook. Er is geen weg meer terug. De strijd tegen mijzelf is begonnen en ik kan u vertellen, de concurrentie is moordend. Me against myself. Ik had niet erger kunnen treffen.

Alles is stom en niet goed genoeg. Saai en afgezaagd. Te slecht voor woorden.
De onzekerheid druipt er van af. Moet ik maar ter plekke stoppen met schrijven? Kappen op het hoogste punt. Voordat Verval zijn intrede doet, zeg maar?

Bovendien was ik erg *ahum* druk de laatste tijd.
Met van alles en nog wat. U weet hoe dat gaat.
Luieren op de bank. Beetje televisie kijken. Werken aan de lichamelijke conditie (lees: eten) en zo nu en dan een beetje dutten en slapen.
U begrijpt. Er bleef helemaal geen tijd over om te loggen. Waarvoor mijn excuses. Met name aan Iben, die mij tot twee keer toe heeft moeten aansporen om weer iets op papier te zetten.

Ik beloof mijn leven te beteren.

Gelukkig is Gijs vanuit Beijing tot leven gekomen en blogt hij weer!! Beetje jammer dat hij nu ineens voor ‘Peking’ gaat in plaats van ‘Beijing’. Maar goed. Het is hem vergeven.

 

Ik zal het maar bekennen.
Vandaag wil het niet lukken. Dat loggen.
Het gaat gewoon niet.
Ben een paar keer opnieuw begonnen. Telkens een ander onderwerp aangesneden, maar nee. Er verscheen niets op papier of online.
Zoals:

Over dat gesprek dat ik gisteren opving. “Alle mannen gaan vreemd. Als je eens wist hoeveel getrouwde mannen …
Te depressief en dus maar geschrapt. Zulke dingen hoort een bruid-to-be niet te horen.

Over de quarterlife crisis. Dertigersdip. Dertigersdillemma.
Is dit alles? En dan staat er nog driekwart van je leven voor de boeg!
Het leek mij zo leuk om te babbelen over de Tweede Puberteit. Maar ben nog geen dertig en ook niet in een identiteitscrisis, dus zou ik er niet over moeten beginnen.

Over aambeien, die volgens de Cosmo van augustus eigenlijk niets meer [zijn – red.] dan een sponsachtige samenkomst van bloedvaatjes, bedekt door een dun laagje slijmvlies, die aan de binnenkant van je endeldarm en aan het begin van de sluitspier zitten.
En dan ben ik vooral verbaasd over het “eigenlijk niets meer dan” gevolgd door zo’n relaas
van heb ik jou daar!

Over hoe Kwangie in China belandde.
Naar aanleiding van Toaske die een tijdje geleden vroeg hoe ik eigenlijk in China terecht ben gekomen. Moet er toch nog even langer over nadenken, want heb wel groot hoofd en toch maar een klein geheugen.

Over hoe rokers stiekem meer pauze kunnen nemen onder de noemer “Even een peukje roken” terwijl er voor niet-rokers geen sociaal geaccepteerde smoezen bestaan om even niets te doen. En dat iemand die alleen in de hoek staat met een sigaret er minder ‘verloren’ uitziet dan iemand die niets om handen heeft.

U ziet, het wil allemaal niet lukken op deze mooie zondagmorgen. En dus stop ik er maar mee voor vandaag. Morgen is weer een dag!

 

Boerderij der dieren

Deze tekst schreef ik lang geleden in China, maar telkens kwam hij niet door de persoonlijke keuring. Kwangie die politiek schrijft, dat dient toch herschreven, nagekeken en heroverwogen te worden. Wegens mooi weer en gebrek aan inspiratie hier dan toch.
 

Het was in het tweede jaar van Dominicus toen meneer De Beukelaer het Marxisme introduceerde.
In die periode kwamen allerlei -ismen aan bod, maar het Marxisme, communisme en socialisme fascineerden mij mateloos. Het gelijkheidsprincipe, zorgdragen voor elkaar, wegvallen van het kapitalisme/materialisme; hoe kan het dat we niet allang wereldwijd volgens dit gedachtengoed leven?

Meneer De Beukelaer probeerde mijn enthousiasme te temmen. “Helaas heeft niet iedereen het beste met elkaar voor,” zei hij. Daarom. Nou, dat komt dan vast door onwetendheid. Zien zij dan niet dat er Hogere Belangen meespelen?

Toen we bij de Koude Oorlog aankwamen, kon ik er met mijn verstand niet bij waar de angst voor het Rode Gevaar vandaan kwam. Trouwens, hoezo gevaar? Zij willen toch alleen maar betere leefomstandigheden voor iedereen? Okee, als je kapitaal bezit, lijkt het misschien alsof je erop achteruitgaat, maar het principe ‘bezit’ krijgt een heel andere dimensie, dus waar verzetten ze zich nou tegen?

Het lezen van ‘Animal Farm’ heeft ietwat bijgedragen aan een meer realistisch wereldbeeld. Toch zit het in de aard van het beestje om met een rode roze bril naar de wereld te kijken. Ik geloof nog altijd heilig in de klassenloze samenleving. Ik ben zeker bereid om meer belasting of (een deel van) mijn loon af te staan als we daarmee meer mensen kunnen onderhouden. En nee, ik geloof niet dat mensen die ‘moeilijk’ werk doen, zoveel meer beloond moeten worden. Die mensen hebben vaak een hoog IQ, voor hen is het werk helemaal niet zo moeilijk.

Met de jaren heeft mijn idealisme wel degelijk plaats gemaakt voor pragmatisch cynisme. En dat vind ik eigenlijk best wel jammer. Maakt ouder worden, daadwerkelijk wijzer? Maakt “Ja, maar” en “Nee, want” de wereld zoveel beter?

Noem het hemelbestormen, noem het naïef. De wereld van een optimist is nooit grijs, die blijft altijd roze. En eigenlijk blijf ik veel liever op die roze wolk.

Ik keur de praktijk waarop ‘men’ het communisme in- en uitvoerde niet goed. Het gaat mij vooral om het ideaal.

Onze nijntjes

Let me introduce to you
onze nijntjes

onze konijnen

 
Twee crazy rabbits, dol op eten, luieren en graven, graven, graven!
Zaagsel moet aan één kant van het hok en plassen altijd nét na de grote schoonmaak.
Is leuk, wordt paps ook nog een beetje bezig gehouden!