5×5

! SPOILER ALERT !
Dit stukje gaat alleen over de zwangerschap.
Ik herhaal: Dit stukje gaat alléén over de zwangerschap.
Lezen is op eigen risico.
De schrijfster kan en zal niet verantwoordelijk gesteld worden door schade ten gevolge van vrijwillige deelname aan deze blog, waarvan vooraf ter kennis is gesteld dat het potentieel geestdodend werkt.

Ik heb de voorwaarden gelezen en (meerdere antwoorden zijn mogelijk):
Accepteer
Weiger
Betrokkene kan niet lezen

5x ZWANGERSCHAPSHORMONEN
 

  1. Dat melk zo’n godendrank kan zijn. Het liefst tik ik liters per dag weg. Mjam!
  2. Dat je geen enkele vorm van beweging meer beoefent en toch van iedereen te horen krijgt dat je een mooie buik hebt.
  3. Dat je ineens overtuigd bent dat Euvgenia’s gebazel minder erg is dan slome Trijntje. En dat mensen als Geartsje en Nicolekebolleke je uiteindelijk gelijk geven, om het lot niet te tarten.
  4. Dat je midden in den nacht wakker wordt en kramp kunt krijgen. Of juist helemaal hyper kunt zijn.
  5. Dat je jas niet meer dicht kan en je je afvraagt of het een heel slecht idee is om in een vuilniszak over straat te gaan.

5X ANGSTEN VAN EEN MOM-TO-BE

  1. Dat je alleen nog maar blogjes gaat schrijven over babies, poep en cupcakes.
  2. Dat je buik als een wereldwonder vooruit blijft steken, lang nadat de Kleine eruit is.
  3. Dat de Kleine toch niet zo’n Kleine is, maar een Héle Gróte.
  4. Dat je nooit meer normale porporties kunt eten, en voor altijd honger zult hebben, omdat je negen maanden lang alleen maar double size meals hebt gegeten.
  5. Dat je zo’n muts moeder wordt die alles aan het kind fántástísch vindt. NOTE TO MYSELF: Niet doen. Gewoon.Niet.Doen.

5x DROMEN VAN EEN MOM-TO-BE

  1. Dat je in no time weer in shape bent, zonder enige tussenkomst van sport of beweging (of liposuctie).
  2. Dat de kamer van de Kleine uit zichzelf netjes en opgeruimd is.
  3. Dat ik de Staatsloterij mag winnen (al heeft dit niets met de zwanger- of moederschap te maken)
  4. Dat de Kleine van koken en poetsen houdt.
  5. Dat ik deze kingsize cupsize mag houden.

 5x ZWANGERSCHAPSHORMONEN EN LIEF

  1. Dat er meteen een bezorgde frons op zijn voorhoofd verschijnt als ik ook maar ietsjes te diep zucht.
  2. Dat hij zo opruimerig kan zijn, terwijl het twaalf jaar lang geen enkel probleem was om overal in huis sokken te hebben liggen.
  3. Dat de Eetpolitie in hem naar boven komt en hij elke dag in de gaten houdt wat ik naar binnen werk.
    “Wil je niet liever een bakje yoghurt in plaats van die chips?” dat soort onzin.
  4. Dat Lief zich ineens op kan winden als ik teveel uur op het werk doorbreng (terwijl ie het vroeger wel lekker vond die rust).
  5. Dat ik op de laptop allemaal sites vind die Lief heeft bezocht, waarbij ik me afvraag of dit iets tijdelijks is of dat er blijvende schade is aangericht. (Je weet wel, Babypark, Babydump en andere roze shit-sites).

5x DINGEN DIE JE WEL WILDE WETEN, MAAR NIET DURFDE TE VRAGEN

  1. Ik weeg nu 74 kilo, schoon aan de haak
  2. De aambeien hebben zich nog niet aangediend *klop* *klop*
  3. Als je het nog niet tussen de regels door hebt gelezen hier: het wordt inderdaad een meisje.
  4. We hebben al een paar namen waartussen we twijfelen. Of eigenlijk ben ik de enige die twijfelt.
    Lief weet allang wat hij niet mooi vindt.
  5. Deze 5×5 is ter gelegenheid van de 25 weken zwangerschap!

(k)ramp!

Midden in de nacht gebeurde het.
Eerst leek het op een zachte tinteling.
Maar in een ruk was ik wakker.
Wat gebeurde daar?!

(K)RAMP!
In mijn kuit.
$%& ^%$*

Normaal gesproken ben ik zo lenig als een slangemens uit het Chinese Staatscircus.
Maar nu, nu zit die buik dus in de weg!
Met geen mogelijkheid kreeg ik mijn voet te pakken.
En ondertussen raakte mijn kuit zo verkrampt dat het een eigen leven ging leiden.
Als Quasimodo.
Maar dan zonder een Dame om aan te hangen.

Het enige wat ik nog uit kon kramen waren stevige krachttermen en  “Lief! Lief! LIEF! AAAAARGH!!!”
Gelukkig werd Lief meteen wakker.
Hij twijfelde geen moment. Greep mijn been. En gaf het flink wat tegengas.
De kuit gaf echter niet op.
Het mormel bleef trekken en moeilijk doen.
En liet zich met geen mogelijkheid bedaren.

Na een strijd van leven op dood een kwartier, ging het eindelijk een beetje beter.
Ik was helemaal kapot.
En trilde nog na van het hele gebeuren.
Mijn hemel, gaat dit vaker gebeuren?
Hoe hou ik dat dan vol?

Lief voelde mijn angst en nam me in zijn armen.
Zachtjes fluisterde hij dat hij zich rot was geschrokken.
“Ik ook, Lief, ik ook,” snikte ik.
Wat is het toch een schat.
Samen kunnen we de hele wereld aan!

Zegt Lief doodleuk: “Ik dacht dat er iets érgs aan de hand was!”

De kamer van de kleine

Sommige dingen horen bij een bepaalde periode in je leven.
Het kaften van boeken bijvoorbeeld.
Jarenlang doe je dat braaf zodat je schoolboeken netjes blijven.
En daarna?
Nooit meer gedaan.
Ja, boeken íngepakt. Als een cadeautje. Voor kerst of Sinterklaas.
Maar káften?
Ik niet in ieder geval.

Zo moest ik vandaag ineens denken aan dingen die stilletjes zijn verdwenen.
Wat dacht je van parkeermeters?
Hier in Nijmegen moet je voor elke vierkante meter duur betalen, maar vroeger hoefde je veel minder ver te lopen daarvoor!
Per parkeerplek had je namelijk een betaalpaal a.k.a. parkeermeter.
Daar moest je geld inwerpen, vervolgens kon je de meter een kwartslag draaien en de tijd ging tikken.
Veel handiger dan betalen met de chip en al die nieuwerwetse touchscreen dingen.

En natuurlijk de gulden die echt niet meer terugkomt, hoor, dus hou eens op met terugrekenen! met de kwartjes, knaken en daalders. Weg! Weg! Weg!

Soms moet je gewoon stoppen met dingen, om ruimte te maken voor nieuwe zaken.
Zo ook hier in Huize Lief & Kwangie.
Jarenlang hebben we heb ik gehamsterd als een *uhm* hamster.
Ik heb namelijk moeite met afscheid nemen van onzinnige dingen.
Hoe onbenulliger, hoe dierbaarder het me is.

En dus kan ik het niet over mijn hart verkrijgen om een kerstkaart uit 2004 weg te gooien.
Ookal staat er geen persoonlijke boodschap op (behalve het voorgedrukte “Fijne feestdagen en een gelukkig nieuw jaar”).
Het idee dat iemand de moeite heeft genomen om je een kaart te sturen!
Pffff…

Wat ik al helemaal niet weg kan doen zijn boeken.
Ookal lees ik bijna nooit een boek twee keer.
En heb ik tegenwoordig een e-reader.
Boeken zijn gewoon… Te mooi om weg te gooien.

En dus is het huis op dit moment een klein beetje ontploft.
Onze Kleine Diva krijgt namelijk een eigen kamer.
En die kamer moet leeg.
Want Lief is onverwurmbaar: Op de kamer zou alleen een bedje, commode en kledingkast staan.
Mij leek alle rommel eromheen juist handig als een soort van geluidsmuur (zeker omdat babies schijnen te huilen)

Maar goed.
Je hebt nesteldrang of je hebt het niet.
En Lief heeft het duidelijk zwaar te pakken!

Dus mocht je nog op zoek zijn naar een bepaald boek, laat het me weten.
Wie weet heb ik het nog ergens achterin liggen.
Als ik erbij kan, zonder bedolven te raken onder een lawine van 150 kilo boeken, dan mag je het hebben!

Over de navelstreng en de échte dunne buik

Ik was gezegend met een redelijk platte buik.
Niet dat ie mooi strak was.
Of gespierd.
En het was ook geen wasbord.
Maar toch was hij redelijk plat te noemen.

Vriendinnetje M. zei het ooit eens treffend.
“Je hebt echt geluk met je buik! Daardoor lijk je slank.
Maar als je écht dun was geweest, zou je niet zo’n diepe navel hebben.”

En gelijk had ze.
Echte dunne meisjes hebben geen gat in de buik.
Er is simpelweg niet genoeg vlees/vet/huid om enige vorm van diepgang diepte te vormen.
Bij échte dunne meisjes zit de navel niet in, maar óp de buik.

Mijn navel daarentegen was misschien wel vier centimeter diep.
Geen idee hoeveel dat is?
Steek je wijsvinger maar eens uit.
En probeer dan twee kootjes in je navel te steken.
Zó diep.

Ik was er dan ook heilig van overtuigd dat mijn navel nooit het daglicht zou zien.
Boy! Could I be more wrong?

Eerst leek het een soort van schaduw. Een schijnbeweging.
Maar de laatste dagen begint hij uit zijn schulp te kruipen.
Eerst langzaam en voorzichtig nog. Alsof het moest wennen aan de buitenwereld.
Met de tijd ging het sneller en sneller.
Durfde het grotere stappen te nemen.
Risico’s te incasseren.

En nu is het niet meer tegen te houden.
Binnenkort floept mijn navel eruit!
In vol ornaat midden op de buik.
Als een misplaatst grapje van Moeder Natuur.
Kan ik dan eindelijk zeggen dat ik een buik heb, zoals échte dunne meisjes.

Opstaan voor iemand, misstaat niemand

In de bus heb je van die plekken die bestemd zijn voor de crème de la crème van de samenleving.
En sinds kort behoor ik tot het selecte groepje dat legitiem gebruik mag maken van die plaatsen!
Ik kan je vertellen, ze zitten heerlijk, die voorkeurszitjes.
Alles is binnen handbereik: het knopje om de bus te stoppen, een extra steun om je tas arm op te leggen en een leuning om je aan op te trekken.
Echt geen overbodige luxe!

Het enige nadeel vind ik dat mensen je altijd zo… Aankijken.
Zeker als de bus vol is en mensen het idee hebben dat je onrechtmatig op zo’n voorkeursplek zit.
Ze beginnen te kuchen of – erger – proberen je te hypnotiseren met een boze blik.

Op dagen als deze, waarin een muts, sjaal en wanten geen overbodige luxe zijn, schuif ik dan altijd mijn winterpakket aan de kant. Vervolgens gooi ik mijn jas een beetje onsubtiel open, zodat mijn buik tevoorschijn komt.
“Kijk!” zegt die buik, “ik ben geen aso, ik mág hier zitten!”
Triomfantelijk kijk ik dan terug.
Ha! Eat this!

Het enige nadeel van dit theatrale gedoe is dat ik ook nog eens uit moet stappen.
Dan moet *vlug vlug* de jas dicht, sjaal om, muts op en heel snel opgestaan worden!
En eerlijk, dat laatste gaat niet meer zo gemakkelijk de laatste tijd.
Bovendien moet je ook nog eens niet vergeten in-en uit te checken.
Aaaaargh!!
Elke keer zie ik het voor me dat de deuren dichtklappen op het moment dat ik mijn buik naar buiten duw.

En dus zit ik voortaan niet meer op de voorkeursstoeltjes.
Het is gewoon te stressvol.
Ookal mis ik de luxe.
Het is gewoon niet anders.
Tegenwoordig zit ik op zo’n karige klapstoel, dicht bij de uitgang.
Met mijn jas dicht en buik ingepakt.
Je moet ten slotte wel je plaats kennen.