Vanmorgen aan de ontbijttafel.
Ik : Woon je nu bijna twintig jaar in Nijmegen?
Hij: Iets korter.
Ik : Sinds 1998 of zo?
Hij: Ja, zoiets. Achttien jaar. Hoezo?
Ik : Oh, gewoon.
Hij: Je gaat me toch niet voor de gek houden op je blog, he?
Toen we langs een stoplicht reden.
Ik : Puk, kijk! Welke kleur is dat?
Puk: GROEN!
Ik : En in het Chinees zeggen we…?
Puk: ROOD!
Toen ik achter de laptop een stukje typte.
Puk: Lieve mama, mag ik ook eventjes typen, alsjeblieft?
Ik : Nu nog niet, straksjes.
Puk: (verontwaardigd) Maar ik heb het lief gevraagd!
Toen Lief zei dat Puk niet alle kaas had mogen pakken.
Hij : Maar waarom huil je?
Puk: Ik huil niet.
Hij : Niet?
Puk: Er zit gewoon iets in mijn oog.
Toen het tijd werd voor chocola. Volgens Puk dan.
Puk: Mama?
Ik : Ja?
Puk: Sssst! Niet zo hard!
Ik : (op fluistertoon) Sorry.
Puk: Zullen we stiekem paashaas eten?