Hoe lang ik ook niet schrijf, mijn grootste fans blijven maar reageren.
´Chinese billen´ trekt nu eenmaal veel bezoekers op Google.
En daar ontvang ik dan ook regelmatig vele leuke en diepzinnige reacties op.
Bedankt daarvoor, jij anonieme lezer!
Maar goed.
Anno februari 2011 werd het toch echt tijd om iets nieuws te posten.
Iets waarmee ik de trouwe lezers als die überhaupt nog bestaan buiten de Chinesebillenzoekers om niet zou teleurstellen.
Een hoogstaand stuk, een comeback blog die het wachten meer dan waard is geweest.
Nu zou ik met VEEL HOOFDLETTERS KUNNEN VERMELDEN dat er een KLEINE KWANGIE op komst is. Dat die liefdesbaby het resultaat is van een gezellig avondje met Lief. Een bekroning op tien jaar sokken wassen.
Maar dan heb ik over negen maanden een probleem.
Omdat ik dan ergens een kind tevoorschijn moet toveren dat een beetje ergens op lijkt.
En ze liggen tegenwoordig niet meer zo voor het oprapen, die babies.
Dus moet het maar over iets anders gaan.
Iets zinnigs.
Of juist niet.
Waarom kunnen we het niet gewoon over neuzen hebben, bijvoorbeeld?
De neus.
Hoewel hij pontificaal in het gezicht zit – en daarom niet te missen – doen we met zijn allen alsof we hem niet zien. Ooit iemand horen zeggen dat ie op neuzen valt? En als dat al zo was, denk je dan ook niet: “Huh!?!”
Tijdens een goed gesprek is het de bedoeling dat je de ander in de ogen kijkt. Je blik mag niet naar beneden afdwalen. Dus geen kijkje in de cleavage, maar ook zeker niet naar de neus. Want dan kijk jij scheel en weet de ander niet waar hij kijken moet.
Niet naar staren, dus.
Hoe je neus er ook uit mag zien, hij is nooit – maar dan ook echt nóóit – onzichtbaar.
Dus ook niet in gezelschap van mensen aan of in je neus zitten.
Want dat is simpelweg niet chic, okee?
Verder valt er eigenlijk weinig te melden over neuzen. Behalve dat ie er zit. Of niet.
Maar het zou toch zo fijn zijn om voortaan alle mensen die ´Chinese neuzen´op Google zoeken, hier te kunnen verwelkomen. Kunnen ze een clubje vormen met die andere fanaten.