First date

Na wat wikken en wegen, toch maar contact opgenomen met een orthodontist.

Nu het nog kan, laten we er maar geen gras overheen groeien!

Hup.
Even googlen.
En daar is dan die orthodontist in de buurt!
Waar je je online kunt aanmelden.
Send.

Klaar!

Dagen verstreken.
Zonder enig bericht.

Of telefoontje.

Ik dacht nog.
Pfff!
Wat duurt dit lang.
Dat wachten op antwoord.
Zo lang laat je een dame toch niet wachten?
Laat staan een dame met scheve tanden!
Ik overwoog een boos telefoontje te plegen.
Om een afspraak af te dwingen.
Met welgemeende excuses.

Maar aangezien de orthodontist meer martelwerktuigen bezit dan me lief is, leek me dat eventjes niet zo heel erg verstandig.

Dus zat er niets anders op dan gewoon te wachten.
Op een teken van leven.

Of gewoon een telefoontje.

Het had zeker niet langer moeten duren.
Maar vandaag lag ie er dan toch.
In de brievenbus.
Een brief.
Aan de heer L.

Ik dus.

“Geachte heer L.”, zei de brief,

“Gaarne zien wij u voor een eerste consult bij ons in de praktijk op: Maandag 11-01-2010 10:00 uur

En nee, mensen, het is géén schrijffout.
In 2009 ben ik gewoon niet welkom.
Niets geen voor-je-dertigste-beugel-vrij.

Want de orthodontist heeft gewoon geen tijd voor mij!

Maar de eerste afspraak is er.
En in 2010 zien we vast en zeker een lijdensweg beugel tegemoet!

Komt een vrouw bij de tandarts…

… Zegt de tandarts tegen de vrouw: “Heeft u al nagedacht over een beugel?”

Pardon?!?!
Een béugel?
Daar kan ik nu toch helemaal niet mee aankomen!

Met mijn achtentwintig lentes stralend gebit en niet te vergeten bruiloft voor de boeg.

“Niet?”
“Nou, ja, kijk, ik ben gewoon niet zo heel erg ijdel,” probeerde ik nog.
“Weet je, je mag eigenlijk best wel wat ijdeler zijn.”
“Oh…”

“In uw geval… ” Nou nou, ben ik al een heus geval? Okee, mijn ondertanden staan schots en scheef, maar dat zie je toch niet echt “… en met name uw voortand, daar boven, die ga je op den duur toch echt zien. Het licht valt daar anders op en dat valt op. En dat wordt écht alleen maar erger!”

Pats!
In your mouth face!
Loop ik dus al jaren rond als en halve gare met een scheve voortand.

En dat dan niemand, maar dan ook echt helemaal NIEMAND zich erom heeft bekommerd om mij daar eventjes op te wijzen? Onder mom van “… als ik heel eerlijk mag zijn…

Zodat ik nu geen normaal gesprek meer kan voeren, omdat ik obsessief met mijn tong aan die ene tand zit, waar iedereen naar zit te staren als ze met me praten, omdat het licht er anders op valt en dat gewoon opvalt en alleen maar erger wordt. Zodat ik nu alles dwangmatig recht en netjes moet duwen. Gewoon even terugzetten. Zonder blokjes, touwtjes, haakjes en weet ik veel wat er allemaal bij zo’n geval komt kijken.

“Waarschijnlijk moeten toch eerst alle vier de verstandskiezen eruit, dus je hebt voldoende tijd!” grapte de tandarts nog.

Zoveel goed nieuws op een dag: daar lachen we om! a.e.b.m.k.*

*… Als Een … Inderdaad, ja!